donderdag 26 juli 2018

Warm, warmer, warmst…….


Het is eind juli 2018, iets na negen uur ’s avonds als ik dit blogje schrijf.
Het is warm, zeer warm …om niet te zeggen bloedheet. Het zweet staat nog op mijn voorhoofd. Pfff.
Wat we dit jaar meemaken, is ongekend. Wat een weer!
In april was het al een tijdje heel mooi weer, zelfs zo mooi dat we tegen elkaar zeiden : als er maar wat van dat mooie weer overblijft voor de zomer.  Hoe vaak  kwam het water in voorgaande zomers immers  niet dagen lang met bakken uit de hemel.
Als je  de weerprofeten mag geloven was het in april nog nooit zo warm geweest.

Mei deed er nog een schepje bovenop en vele dagen was het zulk mooi weer dat dezelfde weergoden ons wisten te vertellen dat het sinds 1706 in mei nog niet zo warm was geweest.
Ik geloof ze direct op hun woord want ik kan me niet herinneren dat ik het bewust heb meegemaakt ondanks het feit dat een helderziende mij een aantal jaren geleden vertelde dat ik in mijn zevende leven ben !!!!!
Toen het in juni ook mooi weer was en er niet veel regen viel, dachten we : nou zal het wel een keer afgelopen zijn met het mooie weer. Mis , het mooie weer gaat maar door. Inmiddels verlang ik naar  een verfrissende regenbui. En ik niet alleen.

Zittend onder de overkapping kijk ik uit op mijn bloementuin. Of naar wat daar van over is.
Menige plant staat er verpieterd bij en laat de bladen hangen of zelfs vallen ondanks het wekelijks sproeien.
Volgens die engerd die in Amerika al een tijdje de baas is, is er met ons klimaat helemaal niets aan de hand ondanks het feit dat bijna de rest van de wereld daar anders over denkt. Maar ja ,laat ik het hier bij houden. Eigenlijk is elk woord aan die man besteed een woord te veel.
Vandaag was de warmste dag van het jaar, de weerprofeten gingen zelfs zover dat het record uit 1944 misschien kon  sneuvelen. Toen was het warm , 38,6°C . Hier kwamen we ook al aardig in de buurt met 36,3°C volgens buienradar.

Nu het al een tijd zo mooi weer is gaan mijn gedachten wel eens terug naar de warmste zomer die ik me kan herinneren. De zomer van 1976.
In die tijd was ik nog jong en ging regelmatig naar de recreatieplas bij ons in de buurt.
Met vrienden en vriendinnen lagen we hele dagen in de zon en stookten ’s avonds een kampvuur op het strand.  Van de huidige preutsheid was geen sprake en bijna iedere vrouw lag topless op het strand.
Tegenwoordig kom ik veel minder op het strand en als je er eens bent, moet je turen wil je een roodborst zien.
Natuurlijk zorgden we  goed dat we geen dorst hadden. Grolsch stond de hele dag op het menu.
Uit de draagbare radio klonk muziek van de piratenzenders radio Veronica of radio Noordzee.
Wat een mooie tijd was dat.


zondag 8 juli 2018

Macedonië…… ik kom ooit terug!


Meestal begint het  tegen eind januari al wel te kriebelen waar we in de zomer op vakantie naar toe zullen gaan. Ook dit jaar was dat niet anders, al was het wel afhankelijk van hoe het met mijn rug zou gaan. 
En juist in die periode werd het er niet beter op. En tweede spuit in de rug zou voor verbetering moeten zorgen.

Madeira, alle Canarische eilanden op Fuerteventura na hadden we al een of meerdere keren bezocht. De Azoren dan, stelde ik nog voor maar Carolien wilde iets anders.
Zoals eerder verteld in een blog kwamen we na een zoektocht op het internet bij Macedonië  terecht.
Hoewel de rug me op dat moment in de steek liet, boekten we onze reis. Met annuleringsverzekering!
De tweede spuit kreeg ik begin februari maar gaf geen verbetering, integendeel. Na een tijdje kregen we er een zwaar hoofd in of onze vakantie überhaupt wel door zou kunnen gaan begin juni.
In april werd een nieuwe Mri scan gemaakt en de uitkomst van bezoeken aan de neuroloog was dat een ruggenprik  op de plek waar de grootste vernauwingen zaten de enige mogelijkheid was om een zware operatie aan de rug te ontlopen.
Eenmaal op de OK wilde de anesthesiste de prik niet op die plek geven vanwege het risico om zenuwen te raken. Na lang overleg ging de prik er in en….. godzijdank ging het goed.
Het ging zelfs zo goed  dat ik weer langer kon lopen en mijn tuin kon onderhouden. Onvoorstelbaar het verschil  in pijn voor en na de prik!
De vakantie lonkte.
 
In een paar blogjes hiervoor heb ik al het nodige verteld over uitstapjes tijdens onze vakantie in Macedonië.
Hoe het in werkelijkheid is in een land dat pas in 1991 onafhankelijk werd, ontdek je pas als je er bent.
Zoals gezegd zaten we zo’n vijf kilometer af van Orhid in een hotel in de bergen met een geweldig uitzicht over het meer van Orhid en uitzicht op de stad.
We hadden half pension geboekt maar hadden daar achteraf wel spijt van want in Orhid zijn heel veel mooie plekken waar je voor weinig geld uitstekend kunt eten. Het was een les voor een volgende keer.
Toch zouden we een volgende keer wel weer voor hetzelfde hotel kiezen vanwege het uitzicht op het meer en de stad Orhid. Bovendien loop je in een uur naar het centrum van Orhid!
Ja, ook in onze vakantie ging het boven verwachting met mijn rug. Lopend naar Orhid rusten we  af en toe wel onderweg maar de pijn bleef grotendeels achterwege.
Wil je niet lopen, dan rijden er genoeg taxi’s die je voor een paar euro naar de stad rijden.
Openbaar vervoer is er wel maar een bus die op tijd rijdt zoals bij ons kennen ze niet. Je gaat aan de weg staan wachten tot een bus komt en steekt een hand op.
Verwacht ook geen groot winkelcentrum in Orhid want dat is er niet.
Ook zie je op menige plek groot verschil in welstand. Prachtige gebouwen en daarnaast kan zomaar een bouwval staan.
Ook zagen we  al jaren leegstaande hotels uit de tijd van het communisme,
maar het land is vol in opbouw en de mensen zijn heel vriendelijk.
Geen massa toerisme en geen opdringerig gedrag van mensen die je van alles willen verkopen. Hooguit iemand die vraagt of je een tochtje in zijn kleine bootje op het meer wilt maken.
Als je eenmaal in die omgeving geweest bent, weet je dat Orhid en het meer van Orhid niet voor niets op de werelderfgoedlijst van Unesco staan.

Een ding is zeker, we komen er zeker nog een keer terug want we hebben nog slechts een klein deel van het land gezien.



woensdag 4 juli 2018

Jeepsafari in nationale park Galicia- Macedonië


Op een van de laatste dagen van onze fantastische vakantie  in Macedonië gingen we met een jeep op pad.
Het is in onze vakanties bijna  een traditie geworden dat we  in het land (of eiland) waar we zijn een dag met een jeep op safari gaan naar de moeilijk te bereiken gebieden op onbegaanbare wegen voor  gewone auto’s.
  
Ook dit keer stopte tegen kwart voor negen het busje van Lale tours op de voor ons bekende plek en reden we naar Pestani.
Hier werden we ingedeeld in groepjes en gingen we met vier jeeps op weg.
Wij zaten met zeven personen in een grote rode jeep met zo’n hoge instap dat je er werkelijk in moest klimmen!  
Nauwelijks  zaten we in de jeep of we gingen al het Nationale park Galicia in. We hobbelden alle kanten op in de jeep. Off road rijdend reden we eerst door de bossen.
Na een tijdje door de bossen gereden te hebben, was het tijd om koffie te drinken en de benen even te strekken. Telkens als we een stop maakten, vertelde Christina  wat over de plek waar we op dat moment waren.
 We waren aangekomen op een open, vlak gedeelte van het park op zo’n duizend meter hoogte. Op deze vlakte  stond o.a. een waterpomp en was een Macedonische man druk bezig soep te maken op een houtvuur, vissoep.
Christina, onze gids, vertelde dat hij eten aan het klaar maken was voor zijn vrienden die met de schapen de bergen waren ingetrokken.
Carolien heeft de soep geproefd en die smaakte goed. Terwijl Carolien de soep proefde, bekeek ik met een aantal anderen de auto van de man.
Het was een heel aardige man die een aantal van ons uitnodigde plaats te nemen in zijn Fiat 500.
De Fiat 500 was minstens 35 jaar oud maar reed nog wel. Trots maakte de man met  drie vakantiegangers een rondje over het terrein.
 De man zelf genoot er nog het meest van gezien zijn gezicht dat een gulle lach vertoonde.

Na de koffie reden we hoger de bergen in tot zo’n 1600 meter hoogte ,onderweg genietend van de mooie uitzichten en de natuur.
De chauffeurs hielden onderling een wedstrijdje  off road rijden en we werden flink door elkaar geschud. Het was mistig daarboven en het werd steeds kouder.
Na een tijdje kwamen we op het hoogste deel van het park tijdens  onze jeepsafari waar allerlei communicatie masten stonden. Het uitzicht was schitterend.
Er stonden hier heel veel mooie bloeiende bijzondere planten en het rook er sterk naar kruiden. Heerlijk.
Hier boven op de berg was een oude kabelbaan te zien maar die was niet meer in gebruik.
In deze omgeving liet Christina ons een grot zien in de rotsen waar een arend zijn nest had. Het was een hele klimpartij  om het nest te kunnen zien.

Verder rijdend door het park kwamen we bij een soort berghut (huis), zo zou je het althans in Nederland noemen. Het lag er verlaten bij maar je kon het huren voor een overnachting in het park.
Na zo’n drie kwartier hadden de chauffeurs de barbecue klaar. Kip, kebab en speklappen en er stond drank in overvloed op tafel.
Voor ons hadden ze een salade en een vegetarische pasta klaar gemaakt die goed smaakte.

Na de barbecue gingen we al bijna weer op de terugweg maar we maakten nog een tweetal tussenstops voordat we weer in Orhid  terug waren.
Het was mooi om al die verschillende kleuren van de natuur te zien, soms was de grond rood/oranje gekleurd. Het leek wel gravel!
Tegen half vijf waren we weer in ons hotel. Een gezellige dag zat erop waarbij we genoten hebben van de vele mooie uitzichten tijdens deze jeepsafari.

maandag 2 juli 2018

Vanuit Macedonië een dagje naar Albanië.


Toen we besloten hadden om dit jaar met vakantie naar Macedonië te gaan, hoefden we niet lang na te denken om in die vakantie een dagtrip naar Albanië te maken.
Albanië, een land dat ons nieuwsgierig maakte omdat het zolang afgesloten was van de buitenwereld. Dertien juni  was het zover, een dagje naar Albanië stond op het programma.

Omdat Albanië zelden in het nieuws is, even wat wetenswaardigheden over Albanië. Het land is zo groot als België, dus relatief een klein land.
Het meer van Ohrid (waar wij verblijven) is voor een derde van Albanië.
In dit meer leeft een speciaal soort forel die alleen hier leeft en steeds minder voorkomt. In Macedonië is het verboden om deze te vangen maar in Albanië is dit verbod er niet.
Het grenst ook aan het Prespa meer en dat is voor een deel van Macedonië en voor een deel van Albanië. De grens loopt door deze twee meren heen, aan de andere kant ligt de Adriatische Zee.
De grens met Albanië is pas sinds zo’n 13 jaar geopend, voordien mocht er niemand in of uit.
Onze gids vertelde dat in de tijd van Hoxha, de dictator, het met de economie van het land maar niet wilde vlotten, de wegen en huizen in heel slechte staat verkeerden en de bevolking bij vlagen op het randje van hongersnood balanceerde, Hoxha 700.000 bunkers liet bouwen omdat hij bang was voor een inval vanuit het buitenland .
De bouw van elke bunker kostte hetzelfde als de bouw van een bescheiden flatje, waaraan een groot tekort was in Albanië
Met name China onderhield nauwe betrekkingen met dit land, nog steeds te zien aan de Chinese fietsen en paraplu’s in het straatbeeld.
Het land heeft uiteindelijk meer dan 40 jaar geleefd onder een dictatuur. Momenteel ontwikkelt het land zich razendsnel en hopen ze ook toeristen binnen te halen. De hotels worden de grond uit gestampt. Tegelijkertijd is 40% van de bevolking werkloos..

Om 8.45 uur stonden we onderaan de weg weer te wachten op het busje van Lale tours. We stonden er nog niet lang of een jong stel dat aan de andere kant van de weg stond, vroeg of we ook naar Albanië gingen.
Het jonge stel dat uit Den Helder kwam, was me ook al opgevallen bij de gate op Schiphol  door de broek die de jongen droeg(als het een klein kind was geweest, had ik gezegd dat het een drollen vanger was. Zo laag hing zijn kruis!).
We reden weer naar Pestani . Nadat door Cobi de douaneformulieren waren ingevuld, gingen we met Christina op pad naar Albanië.
Christina was een jonge vrouw waarvan de ouders nog in Nederland woonden. Zelf woonde ze bij haar schoonouders in Orhid.
Met de chauffeur en Christina mee zaten we met elf personen in het busje waaronder een Frans echtpaar dat in Calais woonde.
In zo’n twintig minuten reden we van Pestina naar de grens.
Eerst moesten we door de Macedonische douane en driehonderd meter verderop door de Albanese. Na een kwartier oponthoud reden we naar Pogradec  in Albanië.

Zo mooi als de bergen in Macedonië zijn begroeid, zo kaal zijn ze in Albanië. In het communistische verleden moesten alle bomen gekapt worden en moesten de bergen terrasvormig worden uitgehakt.
Dit om de bevolking aan het werk te houden. Ze zijn enigszins bezig om dit weer te beplanten.

Pogradec ligt in het zuidoosten van Albanië, aan het meer van Orhid.
Onderweg naar Pogradec hadden we al mensen op het land zien werken met heel eenvoudige middelen. Er is veel landbouw.
Vanaf de grens was het twintig minuten rijden naar Pogradec.
In Pogradec dronken we een kop koffie. De cappuccino smaakte goed.  Christina vertelde dat in deze stad alleen mannen op een terras mochten zitten, de vrouwen moesten werken.
In de buurt van het hotel maakten we een aantal foto’s o.a. van een schoenenpoetser op de hoek van de straat.   

Na de koffie reden we naar een stad meer naar het zuiden gelegen, Korce.
Korce ligt niet ver van de Griekse grens en is een stad met zo’n 80.000 inwoners. Met de bus was het zo’n drie kwartier rijden vanaf  Pogradec.
Onderweg zagen we veel huizen in aanbouw. Christina vertelde dat hoe dichter een huis bij de weg werd gebouwd, hoe meer indruk men maakte.

We werden in Korce ,net buiten het centrum, af gezet door de chauffeur.
We gingen lopend de stad in. Eerst kwamen we over een terrein waar mensen hun tweede of derde hands spullen probeerden te verkopen. Oud gereedschap, oude radio’s en televisies , koelkasten, kleding etc etc.
Het leek de pony markt in Heeten wel maar dan nog een graadje erger.
De buurt waar we doorheen liepen, zag er niet al te welvarend uit.
We  liepen verder door de straten van Korce en kwamen op een markt waar groente, fruit en kruiden etc werden verkocht.
De huizen zagen er nog behoorlijk verpauperd uit, elektriciteit en andere  kabels hingen allemaal in de lucht.
Verder lopend kwamen in een steeds moderner en beter uitziend deel van Korce terecht, een plein met tal van terrassen en barretjes.
Het plein zou  in een Nederlandse stad niet misstaan!
In Korce mochten vrouwen wel gewoon op een terras zitten, deden dat ook en zagen er modern gekleed uit.
Toen kwamen we in de PC Hooftstraat van Korce volgens Christina. Het zag er inderdaad heel luxe uit, de winkels, straat en terrassen.
We gingen lunchen in een restaurant aan het eind (of begin) van de straat vlakbij de karakteristieke kerk die daar staat. Het eten smaakte goed en zelfs de witte wijn was te drinken.

Na de lunch reden we naar een klein dorp in Albanië, Pustec gelegen aan het Prespa meer. Pustec is de kleinste stad van Albanië, er wonen voornamelijk etnische Macedoniërs.
We waren nauwelijks in het dorpje of er stond een oma te wachten die geknuffeld wilde worden. Ook Carolien werd langdurig door oma geknuffeld. Volgens Christina  had  oma  maar 50 euro pensioen in  de maand en verdiende  ze door sokken in alle maten te breien  er wat geld bij.
Sokken hadden  we genoeg maar Carolien had medelijden met oma en een vrije gift  was het gevolg ( 60 denar). Als iedere toerist oma dat zou geven had ze een goed inkomen.
Volgens mij had oma het nog niet zo slecht want ze woonde in een kast van een huis!
Na geknuffeld te hebben met oma liepen we verder door het dorp, het stonk er naar mest die overal op straat lag. Kippen liepen door het hele dorp vrij rond.
Midden in het dorp stond naast een huis een bepakte ezel die natuurlijk op de foto moest.
We kwamen in een huis terecht dat van de oudste weerman in Europa was geweest en nu als een soort museumpje was ingericht. Oude werktuigen, spinnenwielen en foto’s uit het verleden konden we bekijken.
 In de tuin stond nog het weerkastje waarmee hij zijn waarnemingen mee had gedaan. Hij was een paar jaar geleden op 89 jarige leeftijd overleden.

Vanuit Pustec reden we huiswaarts, naar Orhid. We kwamen door een andere douanepost en reden zo’n 50 kilometer door het nationale park Galicia.
Eerst kwamen we langs het Prespa meer ( 58 meter diep) en zagen het pelikaan eiland (golem grad) midden in meer liggen. Van half april tot half oktober verblijven er veel pelikanen op het onbewoonde eiland.
In het Nationale park leefden volgens Christina  zwarte beren, wolven, lynxen , slangen en grote schilpadden. Geen van deze dieren hebben we overigens gezien in onze vakantie!
Van oktober tot half april was de weg waarop we reden onbegaanbaar door  sneeuw.
Tegen zes uur waren we weer in ons hotel. Een mooie dag zat erop  waarbij we grote verschillen in welvaart hebben gezien.
We hebben  er zowel ultramoderne dingen gezien als  dingen van honderd jaar terug in de tijd als je richting platteland gaat.
Het verschil met Macedonië viel ons erg mee.

Christina vertelde dat er nog geen directe chartervluchten naar Albanië waren maar dat  binnen vijf jaar wel zou veranderen. We hebben natuurlijk maar een heel klein deel van Albanië gezien maar het land trekt ons wel om er in de  toekomst naar toe te gaan.

zondag 1 juli 2018

Onvergetelijke dag op het meer van Orhid in Macedonië


Sinds het begin van deze eeuw hebben we vele mooie gebieden in Europa bezocht om op vakantie te gaan. Dit jaar (2018) wilden we eens ergens heel anders naar toe. Na een lange zoektocht op internet besloten we op vakantie te gaan naar Macedonië, de parel van de Balkan genoemd.
Van 6 juni t/m 20 juni zaten we in hotel Tino sveti Stefan, op zo’n vijf kilometer afstand van het centrum van Orhid.
We hadden vanaf ons balkon een prachtig uitzicht over het meer.

Ohrid (spreek uit oggrit) ligt aan het meer van Ohrid in het zuiden van Macedonië op zo’n 700 meter hoogte.
Ohrid is rijk aan monumenten en is om die reden opgenomen op de Werelderfgoedlijst van UNESCO.
Het meer is een van de oudste en diepste meren van Europa(300 meter diep).
Er leven veel bijzondere vissoorten in het meer. Het water is zo helder dat je tot op een diepte van meter kunt kijken. Het meer staat onder bescherming van de UNESCO. 

Met Lale tours gingen we tijdens onze vakantie een boottocht op het meer van Orhid maken. Toen we tegen half negen de weg naar beneden afliepen bij ons hotel, stonden al een aantal mensen te wachten op het busje dat ons zou komen ophalen.
We reden naar het dorp Pestani waar onze boottocht zou beginnen.
Als gids ging Nathalie mee, een jonge vrouw van ongeveer 25 jaar, de dochter van de eigenaar van Lale tours.
Met twee kleine bootjes gingen we het water op, in het ene bootje zaten zes vakantiegangers en de jonge kapitein en in het andere acht vakantiegangers met een jonge kapitein.
Eenmaal op het meer zien we steile rotsen die uit het kraakheldere water oprijzen en kijken we uit op de groene heuvels van Galicica National Park.
 Zwermen vogels scheren over het water. Wat een rust en schoonheid op het meer!
Nathalie vraagt of we een glaasje raki lusten.Iedereen laat het glaasje volgieten maar het is zo sterk, het brandt in de keel.

Na enige tijd varen naar het zuiden van het meer kwamen we langs een onbewoond dorp op palen, Bay of Bones,dat is nagebouwd aan de hand van in het water gevonden restanten van een 3000 jaar oud dorpje, dat pas in 1997 ontdekt werd door een duiker.
De naam,bay of bones, is gekozen vanwege de grote hoeveelheid dierenbotten die hier door de archeologen zijn opgegraven.
Vroeger woonde men hier om vanuit de huisjes te kunnen vissen en ook vluchtte men erheen voor de beren uit de bergen.

We voeren  verder zuidwaarts en gingen koffie drinken in het dorp Trapeze, een heel klein dorp waar bijna niemand woonde. De cappuccino met cream i.p.v. melk was niet te drinken, zo slap.
Na de koffie liepen we het dorp in en moesten we een eind klimmen om boven op de berg een mooi uitzicht te hebben.

Daarna gingen we weer het meer op, het was prachtig weer en we hadden een hele gezellige groep in beide boten, af en toe zij aan zij over het meer varend.
Hoe toevallig kon het zijn dat een echtpaar dat bij ons uit de boot zat uit Gorssel kwam. Alie en Bram heetten ze. Alie was 70 jaar en Bram 75 jaar.
Ze hadden eerst in Almen gewoond maar kwamen oorspronkelijk uit Bilthoven. Een groot deel van de dag hebben we gezellig met hen en de rest van de groep gekletst.

Na de koffie voeren we naar het meest zuidelijke deel van het meer van Orhid, dicht bij Albanië.Bij Sveti Naum gaan we aan wal en krijgen we wat vrije tijd om zelf op onderzoek uit te gaan.
Het klooster is in 905 gesticht door de heilige Naum die in het kerkje ernaast, de Kerk van de Aartsengelen, ligt begraven. Volgens de legende kun je zijn hart nog horen kloppen als je je oor op zijn graftombe legt.
Ik ben niet zo bijgelovig en geloof ook niet in de wonderen die St. Naum heeft verricht, maar vind zijn klooster wel echt een plaatje.
De vele pauwen die er rondlopen, maken het sfeervolle decor compleet.
We bezochten geen souvenir kraampjes of een restaurant maar stapten direct in een roeibootje dat ons voor 3 euro/pp naar de bron van de Zwarte Drim bracht. Het roeibootje zat propvol en de eigenaar van het bootje moest zich behoorlijk inspannen op het water om vooruit te komen.
Het tochtje dat 30 minuten zou duren, duurde door  de grote bezetting een kwartier langer. Het was een mooi tochtje waar we de vele kleur schakeringen van het groen en het water zagen.
Ook zagen we luchtbelletjes bij de bron naar boven borrelen
.
Na de tocht met het roeibootje voeren we met onze Lale bootjes terug richting Orhid, naar een klein verlaten strand dat door Nathalie het paradijs werd genoemd. Hier kon gezwommen worden en werd gebarbecued.
Carolien ging nog even met haar voeten in het water maar de vele kleine visjes toonden geen interesse.
Voor, tijdens en na de barbecue vloeide de drank rijkelijk.
Het was heel gezellig en iedereen kletste met elkaar. Op de boten heerste een uitgelaten sfeer en Carolien waande zich even op de Titanic door voor op het bootje te gaan staan.
Tegen vijf uur waren weer teug in Pestani, de uitval basis van Lale Tours.
Na betaald te hebben, nam Carolien nog even een kijkje in de wijnkelder van de eigenaar en kwam met een fles witte wijn terug.
Daarna werden we afgezet bij ons hotel en was aan een heel leuke dag een einde gekomen.


Parkinson & bewegingsstoornissen- deel 1.

In een van mijn blogs op deze site schreef ik al eens:   Je hebt al genoeg mazzel als je geen pech  hebt . Ik kan helaas inmiddels bevestig...